Geert

Vrijdag 11 april, Eric Sanders
De allereerste keer dat ik een reguliere partij tegen een grootmeester speelde was op 25 juli 2002 in de achtste ronde van het Ordina Nijmegen Open. Na zeven ronden had ik een voor mijn doen miraculeuze +2 score en mocht op de eerste rij tegen Geert van Aalten.

Geïmponeerd door de titel van mijn tegenstander en de 426 punten ratingverschil speelde ik een draak van een partij, zelfs voor mijn doen. Naspelen kan op toernooibase, maar niet ter lering, alleen ter vermaak. Mijn bedenktijd bedroeg ruim een uur en Geert had volgens het notatiebiljet 27 minuten verbruikt. Maar ik kan me nog herinneren dat hij minstens 15 minuten daarvan door de zaal zwierf, om boeiender partijen dan de onze te aanschouwen.

Geert van Aalten

Geïmponeerd was ik allerminst door zijn persoonlijkheid. Geert is de alleraimabelste grootmeester, die ik ken. En dat schrijf ik niet omdat dit stukje toevallig over hem gaat. Wat zo raar aan Geert is, is dat hij zo gewoon is. Vrijwel elke grootmeester, of eigenlijk bijna elke dammer zit in de staart van de “normaal”-verdeling. Wie met grote regelmaat vier uur naar hooguit 40 schijven op een bord tuurt is per definitie niet helemaal normaal.

Mijn hart maakte een sprongetje toen bleek dat hij aan het NK in Huissen zou meedoen. Maar ik hield ook mijn hart vast. Zou hij overeind blijven in het geweld van het NK? In Nijmegen scoort hij altijd goed, maar daar is de tegenstand niet te vergelijken. Hij verliest in de Massinkhal elk jaar wel een keer. Meestal overigens van Afrikanen. En die doen niet mee in Huissen.

Mijn vrees leek bewaarheid te worden. Na drie ronden stond Geert troosteloos onderaan met één schamel puntje. Maar na nog een minnetje en twee reguliere remises, kwam hij op gang. In ronde zeven kwam hij gewonnen te staan tegen Anton van Berkel, maar verspeelde hij de winst. De twee ronden daarop verschalkte hij Jan van Dijk en Mike Koopmanschap met fraai spel. Ik kan weer met een gerust hart slapen. Met een plek bij de bovenste helft maakt Van Aalten zijn sponsorplek meer dan waar.

Auke Scholma tegen Geert van Aalten